Rien Monshouwer, beeld, 1994, brons foto: Hein van Liempd
Rien Monshouwer, 'Beeld', 1994
Centrum Den Haag: Spui - Grote Marktstraat - Kalvermarkt
Rien Monshouwer (1947) heeft een aantal opmerkelijke sporen achtergelaten in de openbare ruimte. Een deel daarvan is blijvend, een ander deel tijdelijk. Rode draad in de artistieke ingrepen van de kunstenaar is zijn onderzoek naar het effect van woorden, kleuren, betekenissen en vormen op de omgeving waarin ze voorkomen. Hij brengt verslag uit van zijn bevindingen in de vorm van beelden, schilderijen en installaties. Daarbij gaat het zowel om locatiespecifieke ingrepen als om beeldende kunst die niet gebonden is aan een bepaalde plek.
In 1996 realiseerde Monshouwer in de bibliotheek van het nieuwe stadhuis in Den Haag een installatie in de vorm van een (bibliotheek)ladder die tegen een wand geplaatst is. Op die wand zijn foto's van particuliere boekenkasten aangebracht. Met zijn sokkelbeeld volgt Monshouwer een ander traject. Hij maakt met dit sokkelbeeld de relatie tussen woord en beeld zichtbaar. De kunstenaar speelt met de onderlinge verschillen tussen woordbeelden en beeldtekens. Hij transformeert het woord tot beeld. Daardoor krijgt het begrip ‘beeldtaal' letterlijk vorm. Maar de kunstenaar gaat nog een stap verder. Zijn ‘woordbeeld' is een monument voor de taal en tegelijk manifesteert het bouwwerk van brons zich als een open architectonische constructie.
Monshouwer heeft doelbewust gekozen voor een strakke vormgeving. Door de open constructie van de gestapelde letters B-E-E-L-D is een soort toren of zuil ontstaan die vanuit verschillende gezichtspunten steeds van hoedanigheid verandert. Vanuit bepaalde invalshoeken is het woord zelfs zodanig beeld geworden dat het niet meer te herkennen is.