Devotionalia, Aloysiuscollege
Ineke, leraar - van Speijkstraat


Ik heb deze plek uitgekozen,omdat het voor mij het eerste contact was met Den Haag. Ik kwam vanuit Groningen, Almelo naar Den Haag, achttien jaar oud, bang, naar de Academie. Hier heb ik ongeveer vier maanden lang gewoond. Op een hele rare manier ben ik hier terecht gekomen. Het was een kamer drie hoog achter, twee kleine kamers met een keukenblokje. Ik mocht geen herenbezoek hebben en ik zat toevallig in een klas met alleen maar jongens op de Academie. Dus voor alle projecten die we samen moesten doen moest ik persoonlijke toestemming vragen aan de hospita en dan liet ze het alleen maar toe tot een uur of tien. Maar wat wil het geval, op een gegeven ogenblik na ongeveer drie maanden kwam er een nieuw meisje en dat blijkt een hoertje te zijn. Dus midden in de nacht werd gebeld, één, twee, drie keer en dat nacht na nacht. Maar op een gegeven ogenblik werd ik wakker door een vreselijk gekrijs, ik loop naar beneden en wat zie ik, de hospita, een vrouw van vijfenzestig, nogal gefrustreerd, stond met een groot vleesmes op de trap, te gillen en te krijsen. De deuropening werd geheel in beslag genomen door een verschrikkelijk grote neger, haar pooier. Vanaf dat moment was het heel mysterisch, geen man mocht er meer in. Hier op de eerste etage woonde een Indisch vrouwtje van een jaar of vijfenzeventig die haar kleinzoon verwachtte, die toen drie keer teruggestuurd werd. Dus op een gegeven moment zat zij beneden op de trap. Wij moesten er binnen drie weken uitzijn. Ik had een aantal jongens uit mijn klas meegenomen om mij te helpen verhuizen en iedere keer als wij weer naar boven gingen om een andere doos te halen en na vijf minuten terugkwamen, lag daar een briefje op de trap:"Hoer ik weet wel wat je gedaan hebt". Weer naar boven,;"Slet, ik weet wel wat jullie boven doen met zijn vieren". Iedere keer weer. Uiteindelijk, nadat we alles weggehaald hadden, liepen we gierend van de lach het huis uit.
Het gekke is nou dat ik in de laatste twee drie weken, twee totaal verschilllende mensen, een man en een vrouw in de kroeg ben tegengekomen. Beide hebben zij op de zelfde kamer gewoond heel toevallig. Dus vandaar dat ik deze plek gekozen heb.

| Terug naar Aloysiuscollege |