Webdossier: Upcycling

"We weten wat dingen kosten, maar we hebben geen idee wat ze waard zijn."
Zo typeert de Britse historicus Tony Judt de huidige tijd in zijn boek Het land is moe (2011) . Wat bijzonder is zijn we vanzelfsprekend gaan vinden. Daardoor zien we niet in dat we in een impasse zijn geraakt. Juist hier kan beeldende kunst uitkomst en perspectief bieden; kunstenaars zijn als geen ander in staat om het bijzondere in het vanzelfsprekende te laten zien. Kunstenaars laten ons op een andere manier kijken, gunnen ons een blik in een andere werkelijkheid en geven dat wat vertrouwd is, banaal of alledaags een nieuwe betekenis en waarde. Of dat nu gaat om TL lampen, een urinoir, een paardendek, tegelvloer, driehoek, bestek, het cijfer 5 of een fles afwasmiddel.

Het is deze kwaliteit van kunst die Stroom Den Haag aanzette tot het programma ‘Upcycling'. Werkend aan de expositie Ombouwen/Restructure (2007), waarbij intelligente vormen van bouwen werden gepresenteerd aan de hand van termen als superuse, cradle to cradle en building lightness, raakte Stroom steeds meer geïntrigeerd door de term upcycling; een principe dat voortkomt uit de cradle to cradle gedachte.

De term upcycling werd in 1994 voor het eerst gebruikt door Reiner Pilz, en was in 1999 de titel van een boek geschreven door Gunter Pauli en Johannes F. Hartkemeyer. In 2002 werd het concept upcycling ingelijfd door William McDonough en Michael Braungart in hun boek 'Cradle to Cradle: Remaking the Way We Make Things'. In hun visie is upcycling de tegenhanger van downcycling, de andere helft van het recyclingproces. Bij downcycling worden materialen en producten omgezet in nieuwe materie van een mindere kwaliteit. Upcycling vermeerdert de betekenis en de waarde van een product tijdens de transformatie naar een grondstof voor volgend gebruik.

Upcycling wordt tot nu toe vooral gebruikt voor consumentenproducten die hergebruikt kunnen worden zoals hoogwaardige verpakkingsmaterialen. Stroom Den Haag probeert het begrip upcycling te verdiepen door de disciplines beeldende kunst, vormgeving en architectuur in te zetten voor een onderzoek naar betekenis- en waardevermeerdering vanuit een kunstzinnig, maatschappelijk en filosofisch oogpunt.

Het overkoepelende programma Upcycling bestaat uit drie tentoonstellingen: Up to You (2010) met als thema het activeren van het publiek; There, I Fixed It (2011) waarin tegendraadse oplossingen getoond werden voor minder of meer urgente problemen; en United We (2013), die verschillende disciplines rond het thema van 'Upcycling' en collectiviteit samenbrengt. In 2017 is een publicatie uitgebracht in co-productie met Valiz, books and projects: Facing Value (Radical perspectives from the arts) (2017)

Up to You (2010) brengt het werk van architect Yona Friedman (1923), ontwerper Thomas Lommée (1979) en kunstenaar Navid Nuur (1976) samen. Heel bewust zetten zij in hun werk aspecten als tijd en toeval in. En daar is onze samenleving niet op toegerust. Die lijkt erop gericht om zekerheid in te bouwen, of deze nu gevat wordt in ideaalbeelden of ideaalcijfers. Tevergeefs natuurlijk, zekerheid is een illusie. Bij Friedman, Lommée en Nuur is sprake van een geste, een uitnodigend gebaar waarmee ze het publiek, de bewoner of gebruiker aanmoedigen om een eigen invulling aan het werk te geven. De ville spatiale van Friedman, OpenStructures van Lommée en interimodules van Nuur voorzien in een startpunt, maar laten zich niet uit over het eindbeeld. Het vraagt van ons de bereidheid om zelf in actie te komen.
Download hier de tentoonstellingsgids (pdf)

There, I Fixed It (2011) staat voor een mentaliteit, een manier van kijken naar materialen en problemen die brutaal en onverwachts is. Die problemen kunnen klein en alledaags zijn, maar ook groot en wereldomvattend. De tentoonstelling presenteert werk dat wordt gekenmerkt door het vermogen van het gewone iets buitengewoons te maken. Dit doen de kunstenaars door een uniek materiaalgebruik, een andere kijk op wat bruikbaar is en een groot gevoel voor improvisatie, zelfwerkzaamheid en tijdelijkheid. De kunstenaars ontwijken concreet of op poëtische wijze, dominante economische strategieën en gestandaardiseerde productiemodellen. Daarmee tonen ze tegendraadse oplossingen voor urgente problemen.
Download hier de tentoonstellingsgids (pdf)

United We (2013) is een inspirerende groepstentoonstelling die verschillende disciplines rond het thema van Upcycling en collectiviteit samenbrengt. Deze keer ligt de nadruk op het systeem dat de voorwaarde voor de waardecreatie biedt. In andere woorden: na de You en de I gaat het in deze derde aflevering over de We: de organisatievorm. Onder de titel United We presenteert Stroom alternatieve beheersystemen, organisatie- en samenwerkingsvormen. Hierin staat niet het individu centraal, of het louter managen van de status quo, maar een nieuwe collectiviteit. Is een toekomst mogelijk die niet louter draait om groei, macht en winst, maar waar de meerwaarde ontstaat door het collectief?
Download hier de tentoonstellingsgids (pdf)

Dumpster Diving excursie
Als onderdeel van het randprogramma van There, I Fixed It werd een dumpster diving excursie gehouden. Robin van casarobino nam de deelnemers mee langs vuilnisbakken en containers om voedsel te vergaren, dat nog prima te eten is, maar om verschillende redenen wordt weggegooid. Dit zogenaamde dumpster diving neemt aan populariteit toe en het bewustzijn groeit dat we te veel bruikbaar eten weggooien.

Time/Bank en Time/Store Den Haag
Aansluitend op de tentoonstelling There, I Fixed It werd eind mei 2011 bij Stroom de Nederlandse vestiging van de e-flux Time/Bank en de Time/Store Den Haag geopend, waar diensten en goederen worden uitgewisseld en verhandeld zonder dat er geld aan te pas komt. Een alternatief internationaal economisch platform waar diensten en kennis verhandeld kunnen worden tegen tijd in plaats van geld. Eind 2012 werd Time/Bank geëvalueerd en werd besloten om de organisatie te verzelfstandigen. Stroom heeft zich in 2013 inhoudelijk en organisatorisch uit het Time/Bank project teruggetrokken. De bank functioneert nu als autonome vereniging onder de naam Timebank.cc. Stroom blijft wel een Service Desk faciliteren in haar eigen pand aan de Hogewal in Den Haag.

EXTRA INFORMATIEBRONNEN
Christoph Keller, distilleerder en uitgever van kunstboeken, spreekt in een interview gepubliceerd in het tijdschrift Dot Dot Dot ondermeer over het distilleren van alcohol, wat gezien kan worden als een bijzondere methode van upcycling: '... but in the end it's fundamentally a beautiful alchemistic process which turns this pile of rotten fruit into this pure white - no, transparent—liquid that smells and tastes fantastic. My fascination with distilling is that it's such an old technique - 4000 years old, maybe even 10,000. If you think about the fact that a bunch of people had this idea to heat something up and separate the different evaporation points simply to see what they get from it ... such a simple technique and in the end it produces this form of magic.'
Right to Burn, A drink with Christoph Keller (pdf)
www.staehlemuehle.de

Alchemie van het alledaagse / Making Do
In 'The Practice of Everyday Life'' (1988) traceert en identificeert de Franse filosoof Michel De Certeau praktijken en tactieken van wat hij faire avec, making do of improviseren noemt. Consumenten, TV-kijkers, wandelaars, koks zijn allemaal betrokken in het manipuleren en daarmee het componeren van een soort anti-disciplines. Ze houden zich namelijk niet aan de regels en improviseren er op los. Andere termen die De Certeau hiervoor gebruikt zijn toe-eigening, stropen, poiesis (van het Griekse poiein, creëren, uitvinden, genereren) en bricolage (van de Franse antropoloog Claude Lévi-Strauss). Dit soort activiteiten zijn verborgen, zo schrijft De Certeau, en verspreid over gebieden die beheerst worden door productiesystemen die steeds minder en minder ruimte laten voor consumenten of gebruikers om te improviseren. Desondanks zijn er ontelbare manieren om aan making do te doen. In dit proces veranderen consumenten van passieve ontvangers tot onerkende producenten, dichters van hun eigen zaken, baanbrekers in een jungle van rationele functionaliteit.
The Practice of Everyday Life (op Wikipedia)
The Practice of Everyday Life (op UbuWeb)

In het boek 'Adhocism: The Case for Improvisation' uit 1972 breken Charles Jencks en Nathan Silver een lans voor wat zij de kunst van het ad hoc leven noemen. Daarmee bedoelen ze: "tackling problems at once, using the materials at hand, rather than waiting for the perfect moment or ‘proper' approach".
Adhocism (blog)
Adhochism (op Treehugger website)

'The Whole Earth Catalog' was een Amerikaanse catalogus van de tegencultuur die gepubliceerd werd door Steward Brand tussen 1968 en 1972, en daarna onregelmatig tot 1998. Deze technische bijbel van de autarkiebeweging bestond uit een lijst van producten (kleding, boeken, gereedschappen, machines, zaden - benodigdheden voor een duurzame leefwijze) die te koop waren via derden. De ideeën van Buckminster Fuller werden gebruikt als het uitgangspunt voor deze papieren database die duizenden tips, gereedschappen, suggesties en mogelijkheden doorgaf om het beste uit het leven te halen.
www.wholeearth.com
The Whole Earth Catalog (op Wikipedia)

De publicatie ‘How To Build Your Own Living Structures' van Ken Isaacs, is gepubliceerd in 1974. Dit boek laat zien hoe je zelf een verscheidenheid aan flexibele interieurs, opslagruimten en micro-huizen kan bouwen op een duurzame manier.
How To Build Your Own Living Structures (read online)

Victor Papanek (1927-1999) was als designer en docent een sterke voorstander van de sociale en ecologische verantwoordelijkheid van designproducten. Hij schreef in 1971 een baanbrekend en nog steeds actueel pleidooi ‘Design for the real world' met maatschappelijke relevantie. In dit pleidooi klaagde hij (design)producten aan die onveilig, langzaam, niet functioneel of in essentie onbruikbaar waren. En roept hij designers op zich bezig te houden met echte problemen.
Midden jaren zeventig schreef hij samen met James Hennessey het boek Nomadic Furniture, waarin hij mensen de mogelijkheden laat zien om goedkoop hun eigen huis in te richten.
www.thamesandhudson.com (Design for the Real World)

Het gedachtegoed van R. Buckminster Fuller, en dan met name de geodetische koepel als esthetisch maar vooral ook ecologisch object (licht, makkelijk zelf te bouwen), is tot op de dag van vandaag van invloed op kunstenaars. Eva Diaz beschrijft in haar artikel 'Dome Culture' (2011, Grey Room) de verschillende manieren waarop het werk van Fuller door hedendaagse kunstenaars als Mary Mattingly, Hazel Larsen, Fritz Haeg, Nils Norman of Oscar Tuazon is opgepakt.
Eva Diza, 'Dome Culture' in Grey Room (download pdf)

Over het bouwen van een dome:
Kahn-Lloyd, Domebook 2 (read pdf online)

Drop City
Drop City was a community that formed in the hills of southern Colorado in the late 1960s, which become a sort of icon of the rural 1960s communal living that seemed to be blooming at that time. Singled out by the media as exemplary, Drop City was known for its dome-style of architecture, which combined the principles and methods of Buckminster Fuller with inexpensive, found materials, such as sheet metal hacked off of junked car roofs.
Drop City (Wikipedia)
Drop City Site (Center for Land Use Interpretation)
Drop City Revisited (Simon Sadler, Journal of Architectural Education, 2006)

Krijn Giezen Mail Order Catalogus
www.stroom.nl/krijngiezen/mailorder

Making Do: Tegendraadse oplossingen
Online op de vele ‘there I fixed it' blogs of in boeken als Low Cost Design van Daniele Pario Perra of Public Phenomena van Temporary Services, worden ontelbare voorbeelden gedocumenteerd van tegendraadse oplossing. De kunstenaar Richard Wentworth maakte in wat Artforum zijn ad hoc esthetics noemde, de bekende making do and getting by fotoserie van kleine, grote, slimme en verrassende oplossingen voor dagelijkse problemen. Mooie voorbeelden van making do in het dagelijks leven zijn te vinden op:
There, I Fixed It failblog.org
Low Cost Design (Daniele Pario Perra)
Fringe Phenomena (Andre Thijssen)
Halfletterpress
Adaptive Actions
Making do in public space (Maaike Lauwaert)