Ondertussen: Onno Dirker, Ergün Erkoçu en Peter Zuiderwijk

13 september t/m 8 november 2009
Locatie: Hogewal 1-9

Alvorens begrip kan ontstaan voor de meer complexe structuren waar andere culturen uit opgebouwd zijn, is daar altijd eerst 'de eerste blik'. Al waant de kunstenaar, vormgever of architect zich geen toerist, ook zijn waarneming wordt bepaald door exotisme en onbekendheid met de nieuwe omgeving.

De eerste blik van de bezoeker is belangrijk, vaak verfrissend maar soms ook oppervlakkig. In een onbekende context krijgen zaken snel een andere betekenis. Structuren die men ontdekt blijken bij nadere beschouwing minder willekeurig. Met het verkrijgen van kennis neemt het besef van de complexiteit toe. Geleidelijk ontstaat meer inzicht over de vreemde cultuur en pas dan kan - zo mogelijk - een scherpere uitspraak gedaan worden. Toch is het van belang juist ook die eerste blik vast te leggen. Ondermeer omdat de observaties, die na verloop van tijd voor ieder vanzelfsprekend lijken, na jaren van veranderingen een waardevol tijdsdocument blijken te zijn.

GeoAir nodigde Onno Dirker, Ergün Erkoçu en Peter Zuiderwijk in april 2008 uit om een maand in Tbilisi te verblijven. Zij werden gevraagd om samen met een groep Turkse, Armeense en Georgische kunstenaars en ontwerpers twee concrete zaken te bekijken en waar mogelijk tot een aantal uitspraken en voorstellen te komen. Ten eerste werd gekeken naar de mogelijkheden voor de verdere ontwikkeling van een archief in oprichting. Dit archief voor actuele kunsten in Georgië en de Kaukasus- regio opereerde onder de naam Archidrome. Een tweede vraag focuste op de toekomstplannen van het Nationale Zijdemuseum in Tbilisi. Beide vraagstukken werden in de conferentiezaal van het Zijdemuseum periodiek bediscussieerd.

Het Zijdemuseum bleek een tijdcapsule, een plaats waar de tijd bijna letterlijk stil had gestaan. In het oude monumentale pand staan tot op de dag van vandaag in elke zaal rijen kasten opgesteld. In deze kasten bevindt zich een wonderlijke collectie curiosa die het lang vergeten verhaal vertelt over de zijderoute die eens door Tbilisi voerde. Elke vitrine, kast, la of kist is afgeladen met rupsen, cocons, opgeprikte vlinders, zijdeproppen, stoffen, documenten, manuscripten, boeken of ontwerpen van dessins. Waar op alle andere plaatsen in de wereld deze verzamelingen verloren zijn geraakt, is deze collectie in Tbilisi behouden gebleven doordat het museum zich altijd in de luwte heeft weten te houden. Op deze manier overleefde de collectie de Sovjet-periode en de daaropvolgende Georgische burgeroorlog. Door deze gereserveerde houding weerstond het museum de drang tot modernisering waar vergelijkbare collecties in Europa aan ten onder zijn gegaan.

De deelnemers van de workshop vroegen zich af of het zinvol, dan wel niet doodzonde was om een dergelijke tijdcapsule open te breken. In dit licht kwamen ook de ambities ter aansluiting bij het nieuw opgerichte archief voor actuele kunsten ter discussie te staan.  Opvallend is dat er tot op dit moment sowieso weinig tot geen aansluiting lijkt te bestaan tussen de verschillende culturele groepen en initiatieven in Georgië. Wat is hier de oorzaak van? En nog veel belangrijker, hoe kan een actueel kunstarchief slagen als er geen sprake is van kennisoverdracht? De casus van het archief en het museum vertonen meer overeenkomsten dan men in eerste instantie zou denken. De observaties en voorstellen die binnen de workshop door de Nederlandse deelnemers werden gedaan, botsten met de ideeën van de andere kunstenaars en vormgevers uit de regio. Een boeiende confrontatie die haar oorsprong vindt in culturele frictie. Het gevolg: een onoverbrugbaar verschil van inzicht en mentaliteit.

De publicatie 'Cross-Section' betreft een samenvoeging van (al dan niet) triviale observaties van Onno Dirker, Ergün Erkoçu en Peter Zuiderwijk, gedaan in april 2008 in de stad Tbilisi (Georgië, Kaukasus). Voor de makers is dit een aanzet voor verder onderzoek.

Het verblijf van Onno Dirker, Ergün Erkoçu en Peter Zuiderwijk in Tbilisi vond plaats in het kader van een residency van een maand op uitnodiging van uitwisselingsorganisatie GeoAIR. Voor het residency-programma ontving GeoAIR een PRO-Kunstprojectensubsidie.
Zie ook: PITCH lezing op 30 september 2009

Ondertussen
Ondertussen vormt zowel fysiek als programmatisch een schakel tussen het kunstbeleid en het kunstenaarsbeleid van Stroom. De ruimte en het programma dat hier plaatsvindt noemen we Ondertussen. Ondertussen toont op reguliere basis presentaties naar aanleiding van subsidieverzoeken die zijn ingediend in het kader van de PRO- en SPOT-subsidieregeling van Stroom. De presentaties zijn bedoeld om de ideeënrijkdom in de aanvragen en de diversiteit van het subsidiestelsel te tonen. Het kan gaan om een (tussentijdse) rapportage van een onderzoek of project, een studiereis of bijvoorbeeld een netwerkpresentatie. De inrichting is in handen van de aanvrager.


Archief Ondertussen presentaties

Ondertussen: Onno Dirker, Ergün Erkoçu en Peter Zuiderwijk
foto: Rob Kollaard